Het is eigenlijk helemaal geen programma voor mij, maar toch keek ik ernaar. Dat komt doordat ik rond een uur of één altijd ff een boterham eet, liefst met de tv aan. Er was nog geen boeiende tennispartij bezig, de Tour was nog niet begonnen, dus zapte ik wat doelloos rond en belandde bij SBS. Daar hadden ze weer eens iets onbenulligs bedacht.
Nou ja, ‘bedacht’ is misschien wat te veel eer. Het idee: drie bekende mensen in een huis stoppen en dan maar zien wat er gebeurt. Heel soepel liep het nog niet… Je had dinges (ik weet nog steeds niet precies wat ze doet, maar dat maakt ook niet uit), Jaimie Vaes, danseres Igone de Jongh en dus Wesley. Samen voerden ze voorspelbare gesprekjes over – jawel – zichzelf. ‘Bas, hadden ze het nou echt alleen over hun eigen levens?’, hoor ik je denken. ‘Ging het niet over de geopolitieke spanningen in de wereld, de vijf procentsnorm van Rutte of de opkomst van Bontebal?’ Goede vraag, maar nee: deze keer ging het over hun bekende exen, kinderen en van die dingen.
En dat was eigenlijk perfect. Precies het soort achtergrondgeluid om bij te eten. Even afschakelen van de asielwetgeving, de topmonologen van Beth in Yellowstone en de eindeloze vraag waarom er zo weinig nuance is in het debat over Israël. Totdat er ineens iets gebeurde waar ik helemaal op aanging.
Ik stond al half op om de band van de puberfiets te vervangen toen het gebeurde. Natuurlijk keken ze op tv samen naar allemaal foto’s uit het leven van de danseres. En opeens kwam er een foto voorbij van de nieuwe liefde van De Jongh (niet dat het plots over wereldvrede ging, wees gerust). Een foto van een gast met krullen op een zeilboot, duidelijk een knappe, jonge vent. Jaimie zei dat ook meteen en vroeg waar ze hem had ontmoet. Terwijl ik mijn bord al in de vaatwasser schoof, hoopte ik op de FEBO, het afvalscheidingsstation of de Kringloop, maar helaas: ‘Via wederzijdse vrienden in Parijs. Ja, knap is-ie hè? En hij is ook nog osteopaat.’
En de manier waarop Wesley Sneijder daarop reageerde, was goud waard. Het rechtvaardigde in één zinnetje het hele budget voor dat belachelijke programma. Wesley zei namelijk droogjes: ‘Ook nog…’
Alles zat in dat zinnetje.
Wesley Sneijder is opgegroeid in de kleedkamer – zoals Michel van Egmond dat zo mooi beschrijft. In die wereld zegt niemand: ‘hij is ook nog osteopaat.’ Ik ken die wereld een beetje. Hoorde er nooit écht bij, maar ik snap hoe het werkt: als je daar begint op te sommen wat je vriendin allemaal kan of is, slaan ze je voor je hoofd. Dat ‘ook nog’ van Wesley heeft voor mij iets hoopvols. Het geeft me het gevoel dat het toch nog allemaal goedkomt. Want in dat zinnetje zegt Wesley eigenlijk: misschien is het wel jouw probleem dat je altijd iemand naast je moet hebben die ‘interessant’ is in plaats van aardig?
In de wereld die Wesley kent, draait het namelijk niet om opleiding, geld of status, maar gewoon om de vraag: ben je een goed mens?
En daar had dat hele programma natuurlijk over moeten gaan.



