In veel dingen is het niet per se nodig om als jonge maker Johan Derksen als een lichtend voorbeeld te zien. Wat moet je immers als jonge journalist met zijn gemakkelijke en voorspelbare conservatieve meningen? Dat er teveel asielzoekers naar ons land komen, dat Kaag een verschrikkelijk mens is en Andries Jonker een meeloper. Ik kan me voorstellen dat je ernaar luistert als ambitieuze twintiger en denkt: ik hoop niet dat ik zo word als ik later oud en rijk ben.
Maar toch kunnen jongelingen zoals Noa, Merel, Hein en onze Bob, jonge journalisten met grote dromen, wel iets opsteken van de ‘bomer der bomers’ die vroeger zeker neerkeek op types zoals hijzelf. Die voorbeeldfunctie kwam vorige week naar boven toen Derksen reageerde op het nieuws dat Frans Klein de nieuwe omroepdirecteur van Talpa zou worden en daarmee van Vandaag Inside. Hij vindt de komst van Klein maar niks. ‘Hij kent ons niet, kent onze gebruiksaanwijzing niet en dat wordt niks. Wij zitten ook helemaal niet op Frans Klein te wachten, wij willen Marco’ (…) ‘Ik hoop dat John hem even zijn contract laat lezen waarin staat dat Talpa zich inhoudelijk niet met het programma mag bemoeien. Dus verder hebben we niets te bespreken met Frans Klein’.
Enige manier
Van een afstandje lijkt dat laatste misschien raar, maar het is de enige manier waarop een journalistiek programma kan functioneren. Je hebt als maker de absolute vrijheid nodig om te doen wat jij vindt dat er nodig is. Die vrijheid moet groter zijn dan de gemiddelde werknemer want je moet echt alles kunnen zeggen aangezien dát jouw werk is.
Als tv-maker en journalist heb je vandaag de dag nog maar een stuk of vier mogelijke bazen – Mediahuis, Talpa, RTL of DPG en dat maakt het verleidelijk om je te schikken. Er zijn immers nog maar drie mogelijke werkgevers over als je je onmogelijk maakt bij de ene. Voor journalistieke kwaliteit moet je simpelweg onafhankelijk kunnen opereren en daarvan geven ze een voorbeeld bij Vandaag Inside. Zo pakken bijvoorbeeld die dikke campingbaas keihard aan als het nodig is, fileren andere wanstalige programma’s en bespreken de directie als het nodig is. Zo’n passage waarbij de directie zich nooit inhoudelijk met het werk mag beginnen zouden alle jonge makers in hun contracten moeten hebben.