Het is geen gemakkelijk genre, maar wij als Podcast van de Antwoorden slepen jullie er graag doorheen. Jullie kennen dat wel: een trainer is ergens ontslagen en neemt daarna de tijd om een beetje tot zichzelf te komen. Maar er komt een moment dat je ook als trainer verlangend de tuin inwandelt omdat om 11 uur altijd die aardige twintiger in dat Picnic-karretje langskomt die vraagt hoe het met je gaat (waarna je direct over de bekerfinale van 2017 begint want dat is jouw leven). Dat is een goed moment voor een ‘het begint wel weer een beetje te kriebelen interview’.

Het is niet voor niks dat wij binnenkort het land doortrekken met wat workshops ‘zelf media maken’ want de hulpvraag is groot. Uiteraard zal daarin ook het ‘het kriebelt weer een beetje interview’ aan bod komen, maar wij geven graag een voorproefje van de ingrediënten die daar zeker in moeten zitten. Let op: het luistert nauw!
1.De lerende trainer
Weten jullie nog hoe dat ging met sollicitatiegesprekken? Dat werkgevers vragen naar een slechte eigenschap en dat je zegt dat je zó perfectionistisch bent. Zo moet je als trainer dit genre aanpakken. Je zegt iets als: ‘natuurlijk ging niet alles goed, maar daar leer je van als beginnende trainer’. Het helpt om daar een beetje nederig in te zijn, maar overdrijf dat ook niet. Je hebt iets geleerd waarmee je hele loopbaan vooruit kan. Zoiets als: ‘In het begin schrik je van zo’n Romario die tot 4 uur Eindhoven onveilig maakt, maar met wat meer ervaring gun je zo’n jongen het plezier…als ie er maar vier inschiet op zondag.’ Ruud van Nistelrooij in het AD afgelopen weekend: ‘Als beginnend trainer wil je veel zelf doen, maar je moet een staf neerzetten zodat jij op de juiste momenten het verschil kan maken.’
2. Maak de verhalen over je leven niet te zielig
Belangrijk voor het genre is dat je niet te dramatisch doet over de periode zonder werk. Dus niet vertellen dat je vrouw gek werd van een man zonder verhalen en al helemaal niet dat jullie het geld goed kunnen gebruiken. Wat je moet doen is dat je na een hele korte periode zonder voetbal al weer zelf aan de slag ging. Je verlengde je Viaplay-abonnement, kocht dat slechte boek van Guardiola en op de golfbaan ging het ook weer een beetje over voetbal. Oh ja, en je ging heel vaak met trainers praten, ook buiten het voetbal, liefst trainers die Merijn Zeeman heten met van die trainersteksten. Ruud in het AD: ‘Ik wilde ook van trainers van andere sporten leren hoe ze omgaan met leiderschap.’
3. Enthousiasme over de periode na jou
De lezers, zeker de FC Mediacircus volgers, weten heus wel dat een ontslagen trainer hoopt dat de trainer die na hem opvolgt het nog slechter doet. Ze bidden naar Jezus voor een opstandige spelersgroep, kritische pers en ontevreden TD. Maar ja, dat ga je niet zeggen en dus zorg je ervoor dat je de prestaties van de zittende trainer looft en lichtjes aan jezelf koppelt. Dat vergt wel een hoog zelffelicitatie-niveau dus waarschijnlijk is dat wat meer voor een vervolgcursus. Daarbij is het handig om de woorden ‘teamgevoel’ en ‘spelopvatting’ alvast wat lafjes op te nemen in je woordenschat. Ruud in AD: ‘Alle lof voor Peter Bosz is terecht. En wat ik klasse vind is hoe hij met mij is omgegaan.’
4. Noem geen clubs
Peter Bosz noemde vorig jaar bij Ziggo aan tafel Ajax een prima optie, maar voor dat amateurisme zijn jullie te ervaren luisteraars natuurlijk. Veel beter is het om alle opties open te houden in combinatie met het schermen met interesse. Dus er zijn al wat contacten met en jij bent nu in alle rust een keuze aan het maken. Voeg daarbij dat je op zoek bent naar een bepaalde structuur waarmee je maar wil zeggen: ik heb hier de regie. Dat is in werkelijkheid niet zo natuurlijk, je zou blij zijn met Jong Top Oss, maar in de media gaat het om de effectiviteit en niet om de waarheid natuurlijk, you fool. Van Nistelrooij: ‘Intussen heb ik met meer clubs uit verschillende landen gepraat. Het Duitse model met een TD en een trainer vind ik zeer interessant.’
Ps, Duitse modellen hebben inderdaad wel iets.