Het was een bijzonder bericht in de ‘Het op Zondag’, het lokale krantje van Leiden dat elke week ook bij ons op de mat rolde. De politie was tevergeefs uitgerukt naar een speeltuintje want een van de buurtbewoners vond het een beetje veel herrie in de nacht. Ze troffen een vriendelijk lachend stel jonge twintigers aan, maar daar gewoon samen even zitten is niet verboden natuurlijk. Dat bericht zou toch niet slaan op onze vriend die toevallig een heel leuke meisje had ontmoet die avond? Toen we moesten verzamelen die ochtend, zagen we het al aan zijn hoofd…Hij murmelde alleen maar iets over het feit dat hij het ook een raar bericht vond in dat krantje, maar we wisten genoeg.
Maar goed, de documentaire over Manchester City (Treble winners) op Netflix is dus superslecht en daar zijn vele argumenten voor:
- Gewoon naar werk
Dat soortgelijke jaren 90 verhalen niet in de documentaire over Manchester City zitten, snap ik ook wel, maar je kan ook doorslaan qua saaiheid. In die docu zit je gewoon te kijken naar een reportage over een kantoor, maar dan wel een hele saaie. De voetballers trekken elke dag hun voetbalschoenen om hun – op het oog – vrij saaie werk zonder veel enthousiasme uit te voeren. Ze moeten zich houden aan het strakke schema qua trainen en eten en ondertussen moeten ze luisteren naar een hele drukke Catalaan die hen op een ADHD-achtige manier toespreekt. Oh ja, en ze hebben honden. De vragen over de honden van de makers? Hoe heet de hond? Antwoord: Jack. - Verbazing over Guardiola
De leerling van Johan Cruijff is natuurlijk een geweldige tacticus. Hij zit de hele dag met systemen en moeilijk inschuivende backs in zijn hoofd, maar in de docu zien we daar niets van terug. We horen hem alleen maar ‘we-gaan-hier-niet-de-Bietenbrug-op-tegen DSO’-achtige teksten in de kleedkamer roepen. Het gaat over inzet en tonen van je waard bent en nooit over instapmomenten, maar dat zal wel een bewuste keuze zijn van de makers. Wacht…ik had een app gestuurd naar mijn vriend die trainers vaak overschatte herriemakers vindt. ‘Je moet het voelen, anders voor niks.’ - De diepgang van een betonnen vloer
Misschien moet het nog loskomen na anderhalf deel, maar de hoofdrolspelers in de film (alle spelers en coaches) hebben de diepgang van een betonnen vloer. Ze vertellen netjes dat ze kampioen willen worden en waar ze vandaan komen, maar verder gaat het niet. Het gaat niet over de liefde, over de relatie met hun familie en nooit over de druk die je zomaar als jonkie ervaren in het leven. ‘Ik ben Henk en ik ben verdediger.’ Dat is het. En eentje heeft er heel veel honden en de ander een baby. - De ziekte van Netflix
De meeste sportdocu’s van Netflix zijn ruk en dat komt door marketing. Nou ja, het komt doordat makers rekening houden met de doelgroep, een serieuze denkfout. Op zich is dat prima, maar het heeft al een naam wat die manier van werken oplevert: een tv-commercial. Netflix is namelijk een wereldwijd kanaal en dus moeten de Amerikanen het ook leuk vinden. Maar ja, die snappen niets van voetbal en dus legt een of andere journalist steeds uit dat de Champions League zo’n grote competitie is met belangrijke clubs.
Conclusie
Nee, we moeten lekker de NPO gaan afschaffen. Dan krijg je dus alleen maar dingen die geen intrinsiek doel hebben behalve zoveel mogelijk publiek bereiken. Een docu maak je als club of mens omdat je een verhaal hebt te vertellen en dan vraag je daarvoor de beste makers (wij hebben er honderden in Nederland). Maar het gaat dus mis als je – vooraf – marketingoverwegingen maakt bij het maken van een creatief product: dan moet je uitleggen dat een bal rond os in omdat je een breed publiek wil (werkt niet), dan stel je spelers alleen obligate vragen want anders geeft de PR-afdeling van de club geen toestemming (werkt niet) en dan zet je de beste trainer van de wereld weg als een schreeuwende herriemaker waardoor iedereen denkt: waarom luisteren die spelers daarnaar (werkt ook niet)? Een goed puntje leverde die docu trouwens wel op. Na afloop zei ik tegen mijn zoon: Arne Slot is beter dan Guardiola want die zegt niet van die rare dingen. Daarna werd hij boos op me.
Toch nog een beetje herrie in de tent zoals vroeger.